Stamboom Taverniers

akten gezin
Loick Taverniers x Maria Kersten

 

terug naar gezinsblad Loick Taverniers x Maria Keersten

7 juni 1628, Maria Kersten, weduwe van Loick Taverniers en weduwe in tweede huwelijk van Andries Bosmans draagt, met toestemming van Andries Taverniers, zoon van bovengenoemde Loick, een half  bunder land (leengoed, ze heeft het in leen van de prelaat van Cornelimunster) gelegen op 't Grijpveld over aan Aert Swinnen

 7 juni 1628, Maria Kersten, weduwe van Loick Taverniers draagt een half  bunder land (leengoed) gelegen in 't Craenebroeck op de weg van Kumtich naar Hoksem over aan haar zoon Andries Taverniers. Het gaat om een gift onder levenden.

11 december 1631, Maria Kersten, weduwe van Andries Bosmans draagt,
- een half bunder gelegen aan de Kruisboom
- drie vierendelen op 't Breisems Veld
(allebei leengoed) over aan Andries Taverniers

11 december 1631, Maria Kersten, weduwe van Andries Bosmans geeft een half bunder land (leengoed) gelegen op de Deuswinckel als onderpand aan Andries Taverniers om  eventuele latere lasten te bestrijden, rustend op de vorige goederen. Andries wordt niet de nieuwe leenman.

22 december 1633 Maria Kersten (die nu weduwe is van Peter De Cremere) draagt 3 dagmalen beemd (leengoed) gelegen in de Rietbeemden over aan Jan Mertens.

19 maart 1647, Margriet Van Weddingen, weduwe van Andries Taverniers, draagt hetzelfde stuk land "aan de Kruisboom" over aan Lambrecht van Weddingen. Zij kan dit doen op grond van het testament van Andries Taverniers dat hij op 5 maart 1645 dicteerde aan Jan Nijs, pastoor van Kumtich.

9 november 1679, In een vonnis van de schepenen van Leuven worden Jan en Andries Taverniers, kinderen van Loick Taverniers en Marie Kesten genoemd


pagina gewijzigd op
30 dec2008

naar startpagina

    Aert Swinnen    marie kerst(en) wed(uwe)
    Loick taverniers
viia [lees: 7de] junii 1628 coram m(
eeste)r Jan he(n)richs stadthauder
Cants, Muntere, Immens et Lothe leenmannen comp(arui)t
marie kersten weduwe wijlen loick taverniers en(de) leste
weduwe van andries bosmans, met consent ende overstaen
van Andries taverniers soen(e) Loihs voerschreven een halff
boendere lants gelegen opt grijpvelt ten elshaute(n) reg(enot)en
die kercke van cumptich ter eenre,Thomas van diest,
den prelaat van villeers ende vrauwenperck p(er) mo(n)i(tion)em et
senten(tiam) supp(ortavi)t no(m)i(n)e et ad opus Aerts swinnen ipso investito
cum omni: promittens eth(cetera) et dicta bona voer vrij leengoet
waran(disare), doende den selven aert als sterffman hulde ende
eedt van trauwen sine fraude
    Theyrgeweyde iiij R(ijnsguldens) x st(uivers) hof
(kosten) ij R(ijnsguldens) viiij st(uivers)
    lijfcoop iij R(ijnsguldens) conditie aen Cants ij R(ijnsguldens) viij st(uivers).(1)

 

Eodem die et anno [lees 7 juni 1628] coram prescriptis comp(arui)t die voors(chreven)
marie keersten weduwe wijlen loick taveniers, een
plecke lants groot omtrent een halff (boender) onbegrepen der
maeten, gelegen te craenebroeck naer hocsem te
gaene Reg(enot)en henrick van linter te voeren robijns ter je
matheus welters ten andere, d’erfgenaemen boemans, ende

den wegh van cumptich naer hocsem daer deur gaende, per
monitionem et sententiam supp(ortavi)t no(m)i(n)e et ad opus
Andries taverniers haeren soene, tanquam donationem
inter vivos ipso investito cum omni: promittens
semper satisfacere si minus et dicta bona voer vrij
leengoet waran(disare), des blijft den selven andries sterffman
ende heeft gedaen hulde ende eedt van trauwen sine fraude
   
Theyrg(eweyde): -----  hofcosten ij R(ijnsguldens) viij st(uivers) (1)

Andries Taverniers Marie kersten
wed(uwe) andries bosmans
Xj decembris xvic eenendertich [lees: 11 december 1631]coram m(eeste)r Jan Henrichs
als schauteth carele stijls ende Louveijs Immens,

schepenen, comparuit marie kersten, weduwe wijlen Andries
bosmans, een halff boendre lants gelegen aenden cruijsboom,
reg(enot)en die tafele van cumptich, die herbane van Cumptich
naer breisen, item drije vierendeelen lants opt breisens velt,
reg(enot)en bethlem, matheeus welters erfg(enam)en, ende mijn heere
van dieghem per monitionem et senten(tiam) supp(ortavi)t no(m)i(n)e et
ad opus andries taverniers, ipso investito cum omni
promittens semp(er) satisfacere si minus, ende dicta
bona op duijtgaende cheijnsen warandisare sine fraude
                                                    den coope v(oor)s(chreven) jc l [lees 150] rinsg(uldens) (2)

    andries taverniers marie kersten
    wed(uwe) andries bosmans
Eodem die et anno [lees: 11 december 1631] coram praescriptis comp(arui)t die
voerschreven marie kersten weduwe wijlen Andries
bosmans, een halff boendere lants gelegen op den deuswinckel,
reg(enot)en M(eeste)r Jan Henrichs die cautergracht ende bethlem,
per monitionem et senten(tiam) supp(ortavi)t no(m)i(n)e et ad opus
andries taverniers, als onderpant en(de) tot versekeringhe
van de voers(chreven) coopinge ofter eenighe lasten oft molestatien
daerom waere co(m)men, om tselve aen desen onderpant te
mogen verhaelen, ipso tot sulcken verstand ende nijet
voerder Investito cum omni. Promittens semper
satisfacere si minus, et dicta
bona op duijtgaende
lasten, warandisare, sine fraude (2)

 

Jan Mertens
xxij decembris xvjc drijendertich [lees 22-12-1633], coram Jan chievaerts,
schauteth, stijls, et bouseau, schepenen, Comparerende
marie Kersten, weduwe wijlen m(eeste)r Peeter de cremere,

drije dachmalen bempts, ee(r)tijts twee partijen gelegen inde
rietbempden, reg(enot)en vande geheele plecke, die biesemstraete
ter eenre, die leijbeke ter andere, Jan Lamijns ter derder,
ende den hejligen geest van Loven ter vierder zijden, Peeter
lamberegts ter vijffder zijden, per monitionem et senten(tiam)
supp(ortavi)t no(m)i(n)e et ad opus Jan mertens ti(m)merman, ipso
investito cum omni. Promittens semp(er) satisfacere si minus
et dicta bona op sheeren cleijnen cheijns warandisare
sine fraude
       Den coope is – jc  lx [lees 160] R(ijns)g(ulden) lij(f)coope lantscoope (4)

 

Lambrecht Van Weddinghe van andries
taverniers en Margerite van Weddingen


xix martii 1647 [lees 19 maart 1647] Coram Joan Demuntere
schauteth, Van Ranst et Chinaerts schepen(en)
Comparerende Margriete Van Weddinghe
achtergelaten weduwe wijlen Andries taverniers
die welcke vuyt crachte vanden testamente
haers voors(chreven) mans, gepasseert voore heere
jan nijs, pastoir van Cumptich en(de) sekere
getuyghen vanden date 1645 quinta martii
ons bovengen(oemd)en in originali volcommentlijck
gethoont ende gebleken Een halff boender
lants gelegen aen(den) Cruysboom, aen(den) ouden herewech
regen(ot)en die tafele van Cumptich Absolons ende
die oude bane, per mon(itionem) et senten(tiam) supp(ortavi)t no(m)i(n)e
.....  et ad opus Lambrecht Van Weddinghe
ende margriet Van Waere gehuysschen
denn voors(chreven) Lamb(recht) tot haren ende bij den?? behoeve
behoore(lijk) investi(to) cum omni, promittens semper
satisfacere si minus Et dicta bona opde
vuijtgaende lasten nijet exederende eenen 5
stuyver jaerl(ijks) ende als thiende vrije
semper warandisare sine fraude
                          den coope is  ijc xx [lees 220] r(ijnsguldens)(3)

...
jurisdictie geleghen verbonden bij
wijlen marie kesten eerst weduwe
van Loijck Taverniers, Item bij
jan Taverniers ende mayken [er staat magken] Coenegras
gehuijsschen mitsgaders bij Andries
Taverniers allen kinderen des v(oor)s(chreven)
Loijcx tot asseurantie en(de) betaelinghe
eender rente van achtthien guldens (5)

...

 

(1) Protocollen van het hof van de prelaat van Corneli-Munster
nr 431 f°92v° en f°93r°
Oud archief Kumtich geraadpleegd in januari 2004 te Tienen
met dank aan Paul Peeters voor de gewaardeerde hulp bij de transcriptie

(2) ibid f°122v° en f°123r° met dank aan Paul Peeters voor de gewaardeerde hulp bij de transcriptie

(3) ibid f°225r° met dank aan Paul Peeters voor de gewaardeerde hulp bij de transcriptie

(4) ibid f°134v° en f°135r°

(5) Stadsarchief Leuven, Inventaris Cuvelier (Oud Archief) reg. 8278 f°165r°
geraadpleegd op 17-01-2008.